Vernieuwing Douanewetboek van de Unie is voor iedereen

Weblogs

Het Douanewetboek van de Unie (DWU) is aan herziening toe. De Europese Commissie heeft hiervoor een ingrijpend voorstel gedaan. Op dit moment overleggen de 27 lidstaten over het nieuwe DWU. Laura Bruinen (DGFZ/Ministerie van Financiën) leidt het team dat namens Nederland deelneemt aan de besprekingen. “Het is belangrijk dat het bedrijfsleven ons voedt met wensen, behoeften en ideeën”, benadrukt zij. “Overheid en ondernemers hebben een gezamenlijk belang: wetgeving die uitvoerbaar is, en aansluit bij de praktijk.”

Portret van Laura Bruinen
Beeld: ©Douane

Modernisering van de Europese douanewetgeving is om meerdere redenen nodig. De regels en wetten die de Douanediensten op dit moment moeten handhaven, zijn niet meer van deze tijd. De grote beschikbaarheid en mogelijkheden van data en de onstuimige opmars van e-commerce bijvoorbeeld vragen om een nieuwe kijk op douaneprocessen en -procedures. Een zogenoemde Wise Persons Group (kennisvakgroep) presenteerde een rapport met aanbevelingen op dit gebied. Dat rapport vormde de basis van ingrijpende maar nogal abstracte hervormingsplannen waar de Commissie in mei 2023 mee kwam. De EU-landen onderhandelen sindsdien over de precieze invulling van de plannen. Vanuit Nederland voert het directoraat-generaal voor Fiscale Zaken van het ministerie van Financiën deze gesprekken aan, met Laura Bruinen als projectleider. “Ons departement is als wetgever eindverantwoordelijk voor alle nationale én Europese fiscale wetgeving”, legt zij uit. “Maar uiteraard zitten er in ons team ook veel mensen van de Douane zelf. Zij hebben specifieke vakkennis die wij in Den Haag missen. We werken samen om tot een resultaat te komen dat voor ons land zo goed mogelijk is. Wij maken ons vooral sterk voor simpele processen, die ook toegankelijk zijn en blijven voor het midden- en kleinbedrijf. En voor behoud van een gunstig ondernemings- en vestigingsklimaat in Nederland.”

EU-data-hub

Het nieuwe DWU moet douaneprocedures digitaliseren en zorgen voor meer samenhang. In het ingrijpende voorstel van de commissie staan plannen voor een centrale EU-data-hub, waar Europese douanediensten (en andere toezichthouders) gegevens zouden kunnen ophalen en aan kunnen toevoegen. Ook is er sprake van toegang tot de administratie van bedrijven. Bruinen: “Het lastige is dat niemand weet wat de Commissie daarmee precies bedoelt. Er is geen duidelijk gemeenschappelijk beeld, en dat bemoeilijkt de gesprekken. Als Nederland vinden we het belangrijk dat iedere eigenaar van data deze zelf beheert en beveiligt. Dat is ook de wens van ondernemers, en die brengen we in Brussel steeds onder de aandacht. Maar we willen als lidstaat ook een positieve, constructieve bijdrage leveren aan de plannen. Dus denken we mee over bepaalde concepten – bijvoorbeeld bij Informatiemanagement (IM) Douane, over de EU-data-hub. Hoe kan die helpen om processen simpeler te maken? Hoe beschermen we de data? Wie is verantwoordelijk voor welk deel van de gegevensstroom? Op die manier proberen we de ideeën van de Commissie verder uit te werken en te verbeteren. Zodat we andere landen kunnen laten zien: deze vorm zou het kunnen krijgen; wat vinden jullie daarvan? Maar dat is wel een hele uitdaging.”

Europees Douane Agentschap

Een ander belangrijk onderdeel van de plannen van de Commissie is de vorming van een Europees Douane Agentschap. Bruinen: “Dat krijgt een aantal centrale taken, op het gebied van onder meer risicomanagement en het beheer van de data-hub. En het stelt de kaders op voor samenwerking met andere toezichtautoriteiten, op allerlei niveaus – in eigen land en daar buiten. Daarmee krijg je binnen de EU meer eenheid van beleid en uitvoering in de handhaving. Nu is het natuurlijk zo dat in ons land de samenwerking met andere inspecties al prima is geregeld. Dat is allemaal vastgelegd. En met de diverse opdrachtgevende ministeries worden ook al jaren goede afspraken gemaakt over wat de Douane voor hen doet. We willen voorkomen dat dit alles in de knel komt door nieuwe regels. Sterker nog: wij denken dat het Nederlandse model tot voorbeeld kan dienen voor de beoogde uniforme Europese aanpak.”

Portret van Laura Bruinen
Beeld: ©Douane
Laura Bruinen leidt het team dat namens Nederland deelneemt aan de besprekingen van het nieuwe DWU.

Maximale transparantie

Nederland is, mede door de Rotterdamse haven, een toegangspoort tot Europa. De onderhandelingen voor het nieuwe DWU zijn daarom heel belangrijk voor Nederland. Geen andere EU-lidstaat heeft te maken met zulke grote inkomende en uitgaande handelsvolumes. “Ons belang is dus groot, maar we hebben geen zwaardere stem in het geheel dan bijvoorbeeld Cyprus”, aldus Bruinen. “Maar er wordt goed naar ons geluisterd. Je merkt dat er oog en oor is voor de expertise en ervaring die in Nederland is opgebouwd op douanegebied. En begrip voor onze specifieke situatie als distributieland. Daar komt nog bij dat we veel optrekken met landen die enigszins dezelfde omstandigheden kennen als wij. Denk aan Frankrijk, België en Duitsland. Dat biedt kansen om samen invloed uit te oefenen.”

Overigens stelt Bruinen dat de onderhandelingen rond het DWU niet moeten worden gezien als een schemerig politiek spel. “Zo’n wetgevingstraject werkt het best als iedereen transparant is. We zullen er als lidstaten samen moeten uitkomen, met de Commissie. Door alle onduidelijkheid is er soms wantrouwen over wat de Commissie voorstelt. Maar uiteindelijk heeft ze het beste voor met Europa. We staan allemaal aan dezelfde kant.”

Relaties meenemen

Openheid is volgens Bruinen ook iets waar de relaties van haar ministerie en de Douane baat bij hebben. “Daarom delen we wat aan de Brusselse tafels wordt besproken zo snel mogelijk met hen. Zoals met de andere ministeries waar de Douane voor werkt. Per thema kijken we voor wie het relevant is, en die partijen informeren we over de laatste stand van zaken. Een onderwerp als de EU-data-hub bijvoorbeeld is voor elk ministerie interessant, omdat straks ieders toezichthouder hierop zal worden aangesloten. Dus willen we dat iedereen weet waar we mee bezig zijn en wat we willen bereiken.”

Dat geldt zeker ook voor ondernemend Nederland, benadrukt Bruinen. “Wij willen geen kennisvoorsprong hebben op bedrijven. Dus informeren we hen via het Overleg Douane Bedrijfsleven (ODB) en nemen we hen in alles mee. Wij begrijpen de bedenkingen van handel en logistiek bij de aanpassing van het DWU. Voor ondernemers is dat een lastig proces. Ze kunnen niet inschatten wat er nu werkelijk op hen afkomt. Er wordt beloofd dat processen simpeler worden, maar soms lijkt het juist alsof alles alleen maar ingewikkelder wordt. We vragen individuele bedrijven daarom om hun wensen, behoeften en zorgen aan ons door te geven – via hun koepelorganisaties in het ODB. Voed ons met ideeën! Het is belangrijk dat we die geluiden meenemen, en geen enkele branche over het hoofd zien. En dat we elkaars standpunten begrijpen, al zullen we het als publieke en private sector niet overal over eens zijn. We behartigen in Brussel een gezamenlijk belang.”

Het Overleg Douane Bedrijfsleven kent verschillende werkgroepen die zich specifiek met de DWU-herziening bezighouden. Zoals de algemene werkgroep ODB Reform UCC en de werkgroep ODB EU Data-hub. De laatste buigt zich over de vraag hoe een centraal Europees ‘data-knooppunt’ eruit zou kunnen zien. Hierbij zitten specialisten aan tafel die het bedrijfsleven naar voren heeft geschoven, onder wie ontwikkelaars van douane-aangiftesoftware.

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.